Nederlands eten

Naast de unieke kenmerken, ontdekkingen en uitvindingen
waar Nederland om bekend is geworden is Nederland ook bekend
om Nederlands eten.
Nederlandse lekkernijen.

Laten we beginnen met Bitterballen
Een bitterbal is een snack.
Het is een klein rond gefrituurd ragoutballetje dat warm gegeten wordt.
Vaak wordt het gegeten bij ander gefrituurd eten zoals patat
of als snack tussendoor.
Er zijn zowel vleesvarianten als vegetarische varianten.
Daarnaast zijn er ook bijzondere varianten zoals bitterballen met
zeewier.
Wanneer een bitterbal geserveerd wordt kan het heet zijn en kun je
het beste even de bitterbal af laten koelen voor je het eet.
Op 27 maart is het nationale bitterballendag.
In 2020 is de bitterbal toegevoegd aan de
Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed Nederland.

Net als bitterballen is de Frikandel ook een echt Nederlandse snack.
Een frikandel is een langwerpig gefrituurde staaf.
In een frikandel zit meestal kippen seperatorvlees (spuitvlees)
gemengd met varkensvlees en een klein percentage paardenvlees.
Om het de vorm te behouden wordt het van tevoren in de fabriek gekookt.
Jaarlijks worden er ongeveer een half miljard frikandellen verkocht.

De Groningse Eierbal is al sinds 2017 toegevoegd
aan de Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed Nederland.
De Eierbal is een gefrituurde snack bestaande uit een heel gekookt ei en
een gepeld ei in ragout waarna het wordt gepaneerd en gefrituurd.
De provincie Groningen heeft een subsidie van 45.000 euro verleend voor een
machine om de Eierbal te automatiseren.
De Eierballen kunnen dan met behulp van een machine
fabrieksmatig geproduceerd worden.

Poffertjes zijn een soort pannenkoekjes maar kleiner en dikker.
Het verschil tussen het maken van pannenkoeken en poffertjes is het gebruik
van een rijsmiddel zoals bijvoorbeeld gist.
Pannenkoeken en poffertjes zijn geen koeken of cakes.
Het is een gerecht dat in een koekenpan gemaakt kan worden.
Voor poffertjes zijn er poffertjespannen om het zelf te bakken.
Poffertjes kun je zowel in de supermarkt kopen als in een restaurant
of pofffertjeskraam.
Vaak wordt de pannenkoek ook met Nederland geassocieerd omdat Nederland
veel pannenkoekenrestaurants heeft.
Toch lijkt de oorsprong van pannenkoeken al bij de oude grieken te liggen.
Veel Nederlanders maken in hun leven wel pannenkoeken of poffertjes.
Ook kun je een pannenkoek kant en klaar kopen maar zelfgebakken of
uit een restaurant is meestal veel lekkerder.

Na de snacks gaan we over op broodbeleg.
Chocoladevlokken is een Nederlandse variant van het
Nederlandse product hagelslag.
Chocoladevlokken zijn kleine stukjes zoete chocola ongeveer ter grootte
van een ouderwetse simkaart maar dan gekruld.
Net als echte chocola zijn er verschillende varianten.
Gemengd tussen puur, melk en wit of apart verkocht.

Hagelslag is ook van oorsprong Nederlands.
Net als chocoladevlokken wordt zoete hagelslag op brood gegeten.
Vaak wordt het brood gesmeerd met boter zodat de hagelslag
er niet vanaf valt.
Er bestaat zowel chocolade hagelslag als anijs hagelslag.
De eerste advertentie van anijs hagelslag was in 1908.
Naast anijs hagelslag en chocolade hagelslag bestaat er ook vruchtenhagel(slag).

Muisjes worden op brood en beschuit gegeten.
Het hoofdingrediënt van muisjes is anijszaad wat besprenkeld wordt met
o.a. suikerwater, glucosestroop en poedersuiker.
Bij de geboorte van een baby wordt er beschuit met muisjes gegeten.
Roze met witte muisjes bij de geboorte van een meisje.
Blauw met witte muisjes bij de geboorte van een jongetje.
Naast de traditionele roze en blauwe muisjes zijn er ook andere kleuren
op de markt gekomen.
Oranje bij de geboorte van princes beatrix.
Geel na de verkiezing van de nieuwe paus.
Groen bij het nieuwe stadscentrum in de zaanstad.
En rood bij een personeelsvereniging van het Venlose boerenbruiloft feest
wat gemengd is met de al bestaande blauwe muisjes.

Beschuit
Nederland heeft een rijke geschiedenis waar de
Vereenigde Oostindische Compagnie (VOC) ook deel uit heeft gemaakt.
Rond de graanmolens in de zaanstreek zoals in Jisp en (de) Wormer werd er
begonnen met beschuitbakkerijen.
(Er bestaat een kans dat mijn voorouders van mijn moeders kant hier ook een rol
in hebben gespeeld. Van mijn moeders kant zijn er namelijk ook molenaars uit
de zaanstreek.)
Zonder gist werden er zeer harde koeken, namelijk scheepsbeschuit, gebakken.
De oudste nog intacte scheepsbeschuit wordt tentoongesteld in Denemarken
uit 1852 maar het begon dus al in de VOC-tijd tussen 1602 en 1800.
Later werd er gebruikgemaakt van gist en werd het product beschuit genoemd.
Dat is ook begonnen in de Wormer, wat in de zaanstreek is.

Stroopwafels zijn een soort wafels die vaak gegeten worden als koeken.
Bijvoorbeeld als een koek bij de koffie of thee.
De stroopwafel begon in Gouda.
Het hoofdingrediënt is stroop.
Van oorsprong heet het de siroopwafel.

Eigenlijk denken de Nederlanders allemaal aan Nederlandse Kruidnoten
wanneer er gesproken wordt over Pepernoten.
Toch is een pepernoot meer een product wat op het Nederlandse taaitaai lijkt.
De theorie is dat het al in 1615 bestond.
De vroegste vermelding was in 1640 in een plakkaat van
een Groningse koekenbakkersgilde.
Kruidnoten zijn een soort koekjes uit speculaaskruiden.
Daarnaast zijn er varianten zoals chocoladekruidnoten.
Het wordt vaak tijdens sinterklaastijd (november-december) gegeten.
De pieten van Sinterklaas strooien de pepernoten of
delen pepernoten uit aan kinderen.
Een pepernoot heeft ongeveer het formaat van een dropje.

Taaitaai is ook een Nederlandse lekkernij.
Taaitaai wordt ook vaak tijdens sinterklaastijd (november-december) gegeten.
Het heeft het formaat van een koekje en heeft een smaak tussen anijs en speculaas.
Ook wordt het gegeten op 11 november
wanneer het sint-maartensfeest gevierd wordt.

Bokkenpootjes zijn Nederlandse koekjes.
Oorspronkelijk is het West-Fries.
Het zijn twee amandelschuimkoekjes die aan elkaar zijn geplakt door
mokkacrème of abrikozengelei.
Bokkenpootjes kun je kopen in de supermarkt of bij de bakker.
Vaak zijn de bokkenpootjes bij de bakker lekkerder dan uit de supermarkt.

Jodenkoeken zijn Nederlandse koeken.
De naam heeft niets te maken met Joden maar hebben van oorsprong
iets te maken met jodiumtekort.
Er kwam vroeger veel Struma (schildkliervergroting) voor.
Daardoor werd er jood toegevoegd.
Later werd de naam jood veranderd in jodium maar de koeken heten nog
steeds Jodenkoeken.
Sinds ongeveer 1848 bestaat de jodenkoek die in Den-Bosch is gemaakt
door de zoon van een gevluchte Fransman die wegens de Franse revolutie gevlucht
is.
Later werd het verspreid over het hele land en worden plaatsen
vermeld zoals Groningen, Leeuwarden, Den Helder, Alkmaar, Zaandam, Zwaagdijk,
Enkhuizen en Wieringen.
Toch lijken de recepten zo her en der af te wijken van het origineel.

de Tompoes is Nederlands gebak.
De tompoes bestaat uit bladerdeeg en banketbakkersroom.
Wanneer er oranje feestdagen zijn wordt de tompoes soms oranje i.p.v. roze
gemaakt.
Bijvoorbeeld op feestdagen van het koningshuis Oranje-Nassau en wanneer
het oranje voetbalelftal of andere oranje sporten voor Nederland gespeeld
worden.

Duivekater is Zaans en dus Nederlands luxe brood.
Vaak wordt het bij christelijke feestdagen gegeten.
Het brood is ook te zien op schilderijen van de Nederlandse schilder Jan Steen.
Duivekater is van binnen een lichtgekleurd brood en zoeter dan normaal wit brood.
Het kan met roomboter worden gegeten maar ook met andere etenswaren.

Dit zijn nog lang niet alle echt Nederlandse gerechten.
Ik zal het dan ook nog bij gaan werken.

Naar boven

 

Arnold van der Meulen - Persoonlijk

Dit is een persoonlijke pagina van Arnold van der Meulen.
Hier kun je van alles vinden over Arnold van der Meulen.

Arnold van der Meulen heeft o.a. pagina's gemaakt over:
Stamboom, Heerhugowaard, Geocaching, EHBO en hemzelf.

In de stamboom van Arnold van der Meulen staat o.a. vermeldt
dat Arnold van der Meulen afstamt van de achternamen:
Bosch, Nijntjes, Noijdekenssone en Lispet.

Arnold van der Meulen helpt met EHBO en wordt door 1-1-2 opgeroepen
indien nodig.

Arnold van der Meulen is geboren in Heerhugowaard waardoor hij echt een
Heerhugowaarder is.
Arnold van der Meulen is woonachtig in Dijk en Waard.
Dat is een gemeente waar verschillende plaatsen onder vallen.

Arnold van der Meulen speelt ook graag Geocaching.
Dat is het zoeken naar een logrol in de natuur.